Vertalingen vergaderen NL>DE
vergaderen
werkw.
Uitspraak: | [vərˈxadərə(n)] |
Verbuigingen: | vergaderde (verl.tijd ) heeft vergaderd (volt.deelw.) |
bij elkaar komen om te overleggen -
besprechen , Besprechung durchführen De directie vergadert iedere woensdagochtend. - Die Geschäftsführung führt jeden Mittwochmorgen eine Besprechung durch. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vergaderen (ww.) | beraten (ww.) ; beratschlagen (ww.) ; eine Versammlung abhalten (ww.) ; konferieren (ww.) ; tagen (ww.) |
vergaderen (werkw.) | tagen |
vergaderen | Sitzung abhalten |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `vergaderen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afhalenNL: beraadslagenNL: bijeenbrengenNL: medebrengenNL: medenemenNL: meebrengenNL: meenemen