Vertaal
Vertalingen vastkluisteren NL>DE
vastkluisteren (ww.) anketten (ww.) ; fesseln (ww.) ; ketten (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vastkluisteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: vastketenen
NL: vastleggen