Vertalingen tumor NL>DE
de tumor
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [ˈtumɔr] |
| Verbuigingen: | tumoren (meerv.) |
plaatselijke woekering van weefsel -
Tumor (der ~) | een kwaadaardige tumor - ein bösartiger Tumor |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de tumor (m) | das Blastom ; die Geschwulst ; der Knoten ; die Neoplasie ; das Neoplasma ; die Neubildung ; der Tumor |
| tumor | Blastom ; echte Geschwulst ; Neoplasma ; Tumor |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `tumor`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: gezwelNL: knobbel
