Vertalingen terugzien NL>DE
terugzien
werkw.
| Uitspraak: | [təˈrʏxsin] |
| Verbuigingen: | zag terug (verl.tijd ) heeft teruggezien (volt.deelw.) |
weer zien -
wiedersehen | Na jaren in het buitenland, zag ik mijn zus terug. - Nach Jahren im Ausland sah ich meine Schwester wieder. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| terugzien (ww.) | zurücksehen (ww.) |
| terugzien | wiedersehen ; zurückblicken |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `terugzien`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: omzien