Vertalingen solderen NL>DE
solderen
werkw.
Uitspraak: | [sɔlˈderə(n)] |
Verbuigingen: | soldeerde (verl.tijd ) heeft gesoldeerd (volt.deelw.) |
(twee stukken metaal) aan elkaar vastmaken met een heet gesmolten stukje metaal dat afkoelt -
löten twee metalen draadjes aan elkaar solderen met een soldeerbout - zwei Metalldrähte mit einem Lötkolben aneinanderlöten |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
solderen (ww.) | löten (ww.) ; verlöten (ww.) |
solderen (werkw.) | löten |
solderen | Hartlöten ; Löten ; die Lötung ; die Verlötung |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `solderen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: hardsolderenNL: smeden