Vertaal
Vertalingen samenvlechten NL>DE
samenvlechten (ww.) einflechten (ww.) ; einweben (ww.) ; verflechten (ww.) ; verweben (ww.) ; zusammenflechten (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `samenvlechten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: ineenstrengelen
NL: verstrengelen