Vertaal
Naar andere talen: • preken > ENpreken > ESpreken > FR
Vertalingen preken NL>DE

preken

werkw.
Uitspraak:  [ˈprekə(n)]
Verbuigingen:  preekte (verl.tijd ) heeft gepreekt (volt.deelw.)

een preek houden tijdens een kerkdienst religie - predigen , eine Predigt halten

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
preken (ww.) predigen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `preken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: betogen
NL: prediken
NL: zedenmeesteren