Vertalingen paus NL>DE
de paus
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [pɑus] |
Verbuigingen: | pausen (meerv.) |
leider van de rooms-katholieke kerk religie -
Papst (der ~) roomser zijn dan de paus (=star vasthoudend aan bepaalde regels) - päpstlicher als der Papst sein
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de paus (m) | der Papst ; der Pontifex ; die Päpstin |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `paus`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: kerkvorst