Vertaal
Naar andere talen: • opbranden > ENopbranden > ESopbranden > FR
Vertalingen opbranden NL>DE
opbranden (ww.) abbrennen (ww.) ; aufbrennen (ww.) ; ausbrennen (ww.) ; entbrennen (ww.) ; herunterbrennen (ww.) ; leerbrennen (ww.) ; niederbrennen (ww.) ; verbrennen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `opbranden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: uitbranden
NL: verbranden
NL: verbruiken