onderling

bijv.naamw.

Uitspraak:

[ˈɔndərlɪŋ]

met elkaar, zonder anderen - untereinander

iets onderling afspreken - etwas untereinander vereinbaren een goede onderlinge verstandhouding - eine gute Verständigung untereinander

© K Dictionaries Ltd.

onderling

bilateral ; gegenseitig ; gegenseitig ; untereinander ; wechselseitig ; zweiseitig ; gegenseitig

Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.




NL: onder elkaar
NL: wederkerig
NL: wederzijds

NL: onderlinge overeenkomst DE: Gegenseitigkeitsvertrag
NL: met onderling goedvinden DE: in gegenseitigem, (van twee) in beiderseitigem Einvernehmen
NL: onderling beraadslagen DE: sich untereinander beraten, sich gegenseitig beraten
NL: onderling ruzie hebben DE: sich untereinander zanken