het nieuws

zelfst.naamw.

Uitspraak:

[niws]

1) berichten over belangrijke dingen die kortgeleden gebeurd zijn - Nachricht (die ~), Nachrichten

groot nieuws op de voorpagina - große Neuigkeit/Neuigkeiten auf der Titelseite Is er nog nieuws over de ramp? - Gibt es noch Neuigkeiten über die Katastrophe?

2) programma op radio of tv waarin nieuws (1) wordt verteld of getoond - Nachrichten (die ~)

Wil je het nieuws even aanzetten? - Schaltest du die Nachrichten eben ein?

© K Dictionaries Ltd.

het nieuws

die Meldung ; die Nachricht ; die Nachrichten ; Nachrichten {{p ; die Neuigkeit ; die Neuigkeiten ; die Tagesschau

Bronnen: interglot; Wiktionary




NL: bericht
NL: journaal
NL: nieuwsbericht
NL: televisiejournaal

NL: iets nieuws DE: etwas Neues, (nieuwtje) eine Neuigkeit, (nieuw artikel) eine Neuheit
NL: wat voor nieuws? DE: was gibt's Neues?
NL: geen nieuws DE: nichts Neues
NL: geen nieuws, goed nieuws DE: keine Nachricht gute Nachricht
NL: (dat is) het nieuws van de dag DE: die Tagesneuigkeit
NL: het nieuws van de dag (vertellen) DE: (ook) die Tagesneuigkeiten
NL: buitenlands nieuws DE: Nachrichten aus dem Ausland
NL: gemengd nieuws DE: Vermischtes (das)
NL: het laatste nieuws DE: die neuesten Nachrichten