Vertalingen nieuwkomer NL>DE
de nieuwkomer
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [ˈniwkomər] |
| Verbuigingen: | nieuwkomers (meerv.) |
iemand die sinds kort ergens bij hoort -
Neuankömmling (der ~), Neueinsteiger (der ~) | een introductiecursus voor nieuwkomers - ein Einführungskurs für Neueinsteiger |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de nieuwkomer (m) | der Neuankömmling ; der Neuling |
| de nieuwkomer | der Newcomer |
| nieuwkomer | neuer Marktteilnehmer |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `nieuwkomer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: groentjeNL: nieuweling