Vertaal
Naar andere talen: • narekenen > ENnarekenen > ESnarekenen > FR
Vertalingen narekenen NL>DE
narekenen (ww.) kontrollieren (ww.) ; nachprüfen (ww.) ; nachsehen (ww.) ; überprüfen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `narekenen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: controleren
NL: natellen
NL: natrekken