Vertalingen moer NL>DE
moer
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [mur] |
Verbuigingen: | moeren (meerv.) |
1) zeskantig stuk metaal met een gat met schroefdraad om op een bout te schroeven -
Mutter (die ~) 2) deel van de uitdrukking: -
geen moer (=niets) - Sack
ik snap er geen moer van - Ich verstehe nur Bahnhof.
|
naar zijn moer (=kapot) - kaputt
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het moer | der Sumpf ; das Moor ; der Hochmoor |
de moer (v) | die Ablagerung ; die Stockmutter ; der Schlamm ; der Niederschlag ; die Mutter ; der Bodensatz ; die Bienenkönigin |
moer | Bienenkönigin ; Weisel ; Trub ; Trester ; Schraubenmutter ; Mutter ; Marschland ; Bolzenmutter ; Bodensatz |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `moer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: balNL: barstNL: bezinkselNL: bietNL: bijenkoninginNL: bliksemNL: broekNL: dikNL: drabNL: drasland