Vertalingen leugenaar NL>DE
de leugenaar
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | ['løxənar] |
| Verbuigingen: | leugenaars (meerv.) |
de leugenaarster
zelfst.naamw. (v.)
| Uitspraak: | ['løxənarstər] |
| Verbuigingen: | leugenaars (meerv.) |
iemand die een leugen vertelt -
Lügner/-in (die/der ~) © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de leugenaar (m) | der Heuchler ; der Hochstapler ; der Lügenbold ; der Lügner ; die Lügnerin ; der Schwindler |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `leugenaar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bedriegerNL: iemand die liegtNL: jokkebrokNL: leugenbeest