Vertaal
Naar andere talen: • krik > ENkrik > ESkrik > FR
Vertalingen krik NL>DE

krik

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [krɪk]
Verbuigingen:  krikken (meerv.)

apparaat waarmee je met weinig inspanning iets zwaars omhoog kunt brengen - Wagenheber (der ~)
bij een lekke autoband je krik gebruiken om het wiel te verwisselen - bei einer Reifenpanne den Wagenheber zum Radwechsel gebrauchen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de krikder Hebebaum ; der Hebebock ; der Wagenheber
krik Winde
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `krik`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: dommekracht