Vertalingen kok NL>DE
de kok
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [kɔk] |
Verbuigingen: | koks (meerv.) |
de kokkin
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [kɔˈkɪn] |
Verbuigingen: | koknen (meerv.) |
iemand die als beroep kookt (3) voor anderen -
Koch/Köchin (die/der ~) Zij is kok in een beroemd restaurant. - Sie ist Köchin in einem berühmten Restaurant. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de kok (m) | der Koch ; der Küchenmeister ; die Köchin |
KOK (Afkorting) | KOK (Afkorting) ; Nationale Sammlungspartei |
kok | Kokkus ; Speisewagenkoch |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `kok`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: keukenmeester