Vertalingen knipogen NL>DE
knipogen
werkw.
Uitspraak: | [ˈknɪpoxə(n)] |
Verbuigingen: | knipoogde (verl.tijd ) heeft geknipoogd (volt.deelw.) |
één oog snel dicht en weer open doen -
blinzeln , zwinkern Zij knipoogde naar hem om hem te charmeren. - Sie zwinkerte ihm zu, um mit ihm zu flirten. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
knipogen (ww.) | augenblinzeln (ww.) ; blinzeln (ww.) ; zuzwinkern (ww.) ; zwinkern (ww.) |
het knipogen | das Augenzwinkern |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `knipogen`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: tegen iemand
knipogen
DE: einem zublinzeln