Vertaal
Naar andere talen: • kaars > ENkaars > ESkaars > FR
Vertalingen kaars NL>DE

kaars

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [kars]
Verbuigingen:  en (meerv.)

staaf van brandbaar materiaal met een lont om aan te steken - Kerze (die ~)
bij het eten brandende kaarsen op tafel zetten - zum Essen eine brennende Kerze auf den Tisch stellen
uitdrukking een kaarsje banden voor iemand

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de kaarsdie Kerze ; die Wachskerze ; das Wachslicht
kaars K (Afkorting) ; Kerze
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `kaars`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: toorts