Vertalingen juf NL>DE
de juf
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [jʏf] |
Verbuigingen: | -fen, -s (meerv.) |
Verkorting van 'juffrouw'>
lerares op de basisschool -
Fräulein (das ~), Lehrerin (die ~) Juf, mag ik even plassen? - Fräulein, darf ich eben zur Toilette? |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de juf (v) | die Dozentin ; die Lehrerin ; die Schullehrerin |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `juf`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: juffrouwNL: onderwijzeresNL: schooljuffrouw