Vertalingen jammeren NL>DE
| jammeren (ww.) | flehen (ww.) ; jammern (ww.) ; klagen (ww.) ; wehklagen (ww.) ; wimmern (ww.) ; winseln (ww.) |
| jammeren (werkw.) | jammern |
| jammeren | das Heulen ; das Jaulen |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `jammeren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: jeremiërenNL: weeklagen