Vertalingen irrigeren NL>DE
irrigeren (ww.) | berieseln (ww.) ; bewässern (ww.) ; irrigieren (ww.) |
irrigeren (werkw.) | bewässern |
irrigeren | bewässern |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `irrigeren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bevloeien