Vertaal
Naar andere talen: • inhaleren > ENinhaleren > ESinhaleren > FR
Vertalingen inhaleren NL>DE

inhaleren

werkw.
Uitspraak:  [ɪnhaˈlerə(n)]
Verbuigingen:  inhaleerde (verl.tijd ) heeft geïnhaleerd (volt.deelw.)

(iets gasvormigs) diep inademen - inhalieren
de rook van je sigaret niet meteen uitblazen maar inhaleren - den Rauch der Zigarette nicht sofort auspusten, sondern inhalieren
een medicijn inhaleren - ein Medikament inhalieren

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
inhaleren (ww.) den Rauch in die Lunge einatmen (ww.) ; einatmen (ww.) ; inhalieren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `inhaleren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: inademen
NL: over de longen roken