Vertalingen huivering NL>DE
de huivering (v) | die Erschütterung ; der Fröstein ; der Schauder |
de huivering | das Frösteln ; das Grausen |
huivering | Zusammenzucken |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `huivering`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: griezelNL: rillingNL: sidderingUitdrukkingen en gezegdes
NL: een
huivering voer hem door de leden
DE: ein Schauder faßte ihn an