Vertalingen handelaar NL>DE
de handelaar
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [ˈhɑndəlar] |
Verbuigingen: | handelaarlaren (meerv.) |
de handelaarster
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [ˈhɑndəlarstər] |
Verbuigingen: | handelaars (meerv.) |
iemand die als beroep handel (1) drijft -
Händler/-in (die/der ~), Kaufmann (der ~) © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de handelaar (m) | der Geschäftsinhaber ; der Geschäftsmann ; die Geschäftsmänner ; der Gewerbetreibende ; der Handelsmann ; die Handelsmänner ; der Händler ; der Kaufmann ; der Straßenhändler ; der Unternehmer |
handelaar | Akzeptanzstelle ; Gewerbetreibender ; Händler ; Kaufmann ; POS (Afkorting) ; selbsteintretender Makler |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `handelaar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: dealerNL: handelsmanNL: koopmanUitdrukkingen en gezegdes
NL: handelaar in oud ijzer
DE: Alteisenhändler