Vertalingen hallucineren NL>DE
hallucineren (ww.) | halluzinieren (ww.) |
hallucineren (werkw.) | halluzinieren |
hallucineren | Halluzinationen haben |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `hallucineren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: trippen