Vertalingen gelovige NL>DE
gelovige
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [xəˈlovəxə] |
| Verbuigingen: | gelovigen (meerv.) |
aanhanger van een bepaald geloof -
Gläubige (die/der ~), Anbeter/-in (die/der ~) | De gelovigen verlieten de moskee. - Die Gläubigen verließen die Moschee. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de gelovige | die, der Gläubige ; der Gläubiger |
| gelovige | der Gläubiger |
Bronnen: Wiktionary; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `gelovige`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanhanger