Vertalingen flemen NL>DE
flemen (ww.) | Honig um den Bart schmieren (ww.) ; lobhudeln (ww.) ; schmeicheln (ww.) ; schwänzeln (ww.) |
flemen (werkw.) | schmeicheln |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `flemen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: flikflooien