De vertaling wordt gegeven voor de taalcombinatie DE>NL.

De gevraagde combinatie NL>DE geeft geen vertalingen voor faden.

der Faden

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈfaːdən]
Verbuigingen:	Fadens , Fäden

dünnes Stück Schnur oder Garn zum Nähen - draad

einen Faden in die Nadel einfädeln - een draad door het oog van de naald doen

der rote Faden (=wiederkehrender Grundgedanke oder Struktur) - de rode draad Dieses Motiv zieht sich wie ein roter Faden durch den gesamten Roman. - Dit motief vormt de rode draad door de gehele roman.

an einem seidenen Faden hängen (=in großer Gefahr sein) - aan een zijden draad hangen Nach dem Unfall hing ihr Leben an einem seidenen Faden. - Na het ongeval hing haar leven aan een zijden draad.

den Faden verlieren (=beim Sprechen plötzlich nicht mehr wissen, was man sagen wollte) - de draad kwijtraken

die Fäden ziehen (=die Fäden entfernen, mit denen eine Wunde (nach einer Operation) verschlossen wurde) - hechtingen verwijderen Wer hat da die Fäden gezogen, dass der Mafioso freikam? - Wie heeft er aan de touwtjes getrokken waardoor de maffiosi vrijkwamen?

© K Dictionaries Ltd.

der Faden	de draad (m) ; het garen ; de hechtdraad (m) ; de koord ; het rijgsnoer ; het touwtje ; de vaam (m) ; de vadem (m)
Faden	draad ; filet ; lichte ram ; vaam ; vadem

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.




DE: Bindfaden
DE: Garn
DE: Klafter
DE: Kordel
DE: Leine
DE: Reihfaden
DE: Schnur

DE: nach Strich und Faden NL: flink, behoorlijk