Vertalingen dreigen NL>DE
dreigen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈdrɛixə(n)] |
| Verbuigingen: | dreigde (verl.tijd ) heeft gedreigd (volt.deelw.) |
1) (iemand) bang maken voor iets dat vervelend is -
drohen , bedrohen met een boycot dreigen om je zin te krijgen - mit einem Boykott drohen, um seinen Willen durchzusetzen een dreigende lucht - ein bedrohlicher Himmel |
2) (van iets dat je niet wilt) bijna gebeuren -
drohen | We dreigen de wedstrijd te verliezen. - Wir drohen, den Wettkampf zu verlieren. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| dreigen (ww.) | bedrohen (ww.) ; drohen (ww.) |
| dreigen (werkw.) | drohen |
| dreigen | androhen |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `dreigen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bedreigenNL: gevaar lopenNL: op handen zijnUitdrukkingen en gezegdes
NL: iem met iets
dreigen
DE: einem mit etwas drohen