Vertalingen donderjagen NL>DE
donderjagen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈdɔndərjaxə(n)] |
| Verbuigingen: | donderjaagde (verl.tijd ) heeft gedonderjaagd (volt.deelw.) |
lastig zijn voor anderen door wanorde en lawaai te veroorzaken -
umhertoben | zitten donderjagen in de klas - in der Klasse umhertoben |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| donderjagen (ww.) | noergeln (ww.) ; schikanieren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `donderjagen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: donderenNL: herrie schoppen