Vertalingen bungelen NL>DE
bungelen
werkw.
Uitspraak: | [̃ˈbʏŋələ(n)] |
Verbuigingen: | bungelde (verl.tijd ) heeft gebungeld (volt.deelw.) |
heen en weer bewegen -
baumeln op een stoel zitten en met je benen bungelen - auf einem Stuhl sitzen und mit den Beinen baumeln |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
bungelen (ww.) | baumeln (ww.) ; hängen (ww.) |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `bungelen`

Voorbeeldzinnen laden....