Vertalingen beëdigen NL>DE
beëdigen
werkw.
| Uitspraak: | [bəˈedixə(n)] |
| Verbuigingen: | beëdigde (verl.tijd ) heeft beëdigd (volt.deelw.) |
door een eed te laten afleggen officieel een functie geven -
beeidigen , vereidigen een beëdigde vertaler - ein beeidigter Übersetzer iemand beëdigen als minister - jemanden als Minister vereidigen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| beëdigen (ww.) | vereidigen (ww.) |
| beëdigen (werkw.) | vereidigen |
Bronnen: interglot; WiktionaryVoorbeeldzinnen met `beëdigen`

Voorbeeldzinnen laden....