1. MWB
  2. Vertalen
  3. beteuterd (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • beteuterd > EN • beteuterd > ES • beteuterd > FR
Vertalingen beteuterd NL>DE

beteuterd

bijv.naamw.
Uitspraak:  [bəˈtøtərt]

teleurgesteld - betreten , verdattert
Jan keek een beetje beteuterd toen hij geen cadeautje kreeg. - Jan schaute ein bisschen betreten, als er kein Geschenk bekam.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
beteuterd bedripst ; belemmert ; bestürzt ; betreten ; betreten ; entgeistert ; konfus ; niedergedrückt ; verdattert ; verdutzt ; verwirrt
Bronnen: interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `beteuterd`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: beduusd
NL: betrokken
NL: onthutst
NL: sip
NL: teleurgesteld