Vertalingen beminnen NL>DE
beminnen (ww.) | bumsen (ww.) ; ficken (ww.) ; Geschlechtsverkehr haben (ww.) ; Liebe machen (ww.) ; lieben (ww.) ; liebhaben (ww.) ; miteinander schlafen (ww.) ; sich lieben (ww.) |
beminnen (werkw.) | lieb haben ; lieben |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `beminnen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: de liefde bedrijvenNL: houdenNL: houden vanNL: liefbedrijvenNL: liefhebbenNL: liefkozenNL: minnekozenNL: minnenNL: vrijen