Vertalingen belasten NL>DE
belasten
werkw.
Uitspraak: | [bəˈlɑstə(n)] |
Verbuigingen: | belastte (verl.tijd ) heeft belast (volt.deelw.) |
1) iets dat vervoerd moet worden leggen in of op -
belasten de auto te zwaar belasten - das Auto zu schwer beladen |
2) iemand belasting laten betalen -
belasten , besteuern Deze goederen zijn belast met negentien procent btw. - Diese Waren werden mit neunzehn Prozent versteuert. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
belasten (ww.) | auftragen (ww.) ; beauftragen (ww.) ; belasten (ww.) |
belasten (werkw.) | belasten |
belasten | beanspruchen ; belasten ; belegen mit ; besteuern ; Besteuerung ; mit Steuern belasten |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `belasten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: opdragenNL: opzadelenUitdrukkingen en gezegdes
NL: z. met een taak
belasten
DE: eine Aufgabe übernehmen