Vertalingen bakker NL>DE
de bakker
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [ˈbɑkər] |
| Verbuigingen: | bakkers (meerv.) |
beroep van iemand die brood bakt en dat verkoopt -
Bäcker/-in (die/der ~), Bäckerei (die ~) Dat komt voor de bakker. (=dat maken we in orde, dat wordt geregeld) - Das regeln wir schon.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de bakker (m) | der Brotbäcker ; der Bäcker |
| de bakker | die Bäckerin |
| bakker | Baecker ; Bäckerei |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `bakker`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: broodbakker