1. MWB
  2. Vertalen
  3. afbraak (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • afbraak > EN • afbraak > ES • afbraak > FR
Vertalingen afbraak NL>DE

afbraak

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈɑvbrak]

keer dat iets wordt afgebroken (1) - Abbruch (der ~), Abriss (der ~)
de afbraak van oude huizen voor nieuwbouw - der Abriss alter Häuser zur Errichtung von Neubauten

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de afbraakder Abbau ; der Abbruch ; das Abreißen ; der Abriß ; die Demontage ; die Verschrottung
afbraak Abbau ; Abbruch ; Abriss ; Abtragung ; die Demolierung ; Katagenese ; Verdaubarkeit ; die Zerstörung
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `afbraak`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: degradatie
NL: ontmanteling
NL: puin
NL: sloop

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: voor afbraak (verkopen) DE: auf Abbruch