Vertalingen aankloppen NL>DE
aankloppen (ww.) | abklopfen (ww.) ; aufgehen (ww.) ; aufstampfen (ww.) ; klopfen (ww.) ; pochen (ww.) ; ticken (ww.) ; tippen (ww.) |
aankloppen (werkw.) | anklopfen |
het aankloppen | das anklopfen |
aankloppen | aufklopfen ; mit der Pinne hämmern |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `aankloppen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aantikkenNL: kloppenNL: tikkenUitdrukkingen en gezegdes
NL: bij iemand (om iets)
aankloppen
DE: (ook) sich an einen wenden