Vertaal
Naar andere talen: • vernielen > ENvernielen > ESvernielen > FR
Vertalingen vernielen NL>DE

vernielen

werkw.
Uitspraak:  [vərˈnilə(n)]
Verbuigingen:  vernielde (verl.tijd ) heeft vernield (volt.deelw.)

helemaal kapotmaken - zerstören
De storm vernielde hele dorpen. - Der Sturm zerstörte ganze Dörfer.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vernielen (ww.) niederreißen (ww.) ; zugrunde richten (ww.) ; zertrümmern (ww.) ; zerstören (ww.) ; zerlegen (ww.) ; zehren (ww.) ; wegreißen (ww.) ; verwüsten (ww.) ; verschrotten (ww.) ; vernichten (ww.) ; verheeren (ww.) ; verderben (ww.) ; umstossen (ww.) ; ruinieren (ww.) ; abbrechen (ww.) ; liquidieren (ww.) ; kaputtmachen (ww.) ; fertigmachen (ww.) ; erledigen (ww.) ; einstampfen (ww.) ; den Hals umdrehen (ww.) ; demolieren (ww.) ; ausschalten (ww.) ; ausradieren (ww.) ; abwracken (ww.) ; abtragen (ww.) ; abreißen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vernielen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afbreken
NL: helemaal stukmaken
NL: kapotmaken
NL: ruineren
NL: slopen
NL: te gronde richten
NL: vernietigen
NL: verwoesten