Vertalingen vangst NL>DE
de vangst
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [vɑŋst] |
Verbuigingen: | vangsten (meerv.) |
1) de keer dat je vangt (1) -
Beute (die ~), Fang (der ~) een goede vangst doen - einen guten Fang machen |
2) wat je hebt gevangen -
Beute (der ~), Fang (der ~) de visvangst - der Fischfang |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de vangst (v) | der Abfang ; die Beute ; der Fang |
vangst | Einfang ; Einfangprozeß ; Fang ; Fangertrag ; Fangladung ; Hol ; Praktikel |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `vangst`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: buitNL: onderschepping