Vertaal
Naar andere talen: • uitslover > ENuitslover > ESuitslover > FR
Vertalingen uitslover NL>DE
de uitslover (m) die Arbeitstier ; der Arschkrieger ; der Kriecher ; der Schleicher ; der Speichellecker
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `uitslover`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aansteller
NL: ploeteraar