Vertalingen techniek NL>DE
de techniek
zelfst.naamw. (v.)
| Uitspraak: | [tɛxˈnik] |
| Verbuigingen: | technieken (meerv.) |
1) kennis en hulpmiddelen die nodig zijn om bijvoorbeeld apparaten, machines en andere complexe voorwerpen te ontwerpen, te laten werken en te herstellen -
Technik (die ~) autotechniek - Autotechnik de moderne, digitale technieken - die modernen, digitalen Techniken |
2) manier waarop je aan het werk gaat om iets te maken of te doen -
Technik (die ~) | danstechniek - Tanztechnik |
baltechniek (=de manier waarop een sporter met de bal omgaat) - Balltechnik
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de techniek (v) | die Fachmannschaft ; die Sachkenntnis ; die Technik |
| de techniek | die Technik |
| techniek | Ingenieurskunst ; Ingenieurwesen ; Ingenieurwissenschaft |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `techniek`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bedrevenheidNL: procédéNL: technologie