Vertalingen pils NL>DE
de pils
zelfst.naamw. (m.)
bier -
Pils (das ~) een pilsje drinken - ein Pils trinken |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de pils (m) | das Bier ; das Hopfenblütetee ; das Lager ; das Pils ; das Pilsener |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `pils`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bierNL: glaasje