Vertalingen liegen NL>DE
liegen
werkw.
Uitspraak: | [ˈlixə(n)] |
Verbuigingen: | loog (verl.tijd ) heeft gelogen (volt.deelw.) |
met opzet onware dingen zeggen (over iets of iemand) -
lügen liegen over je afkomst - seine Abstammung leugnen |
liegen alsof het gedrukt staat (=ernstig liegen) - lügen wie gedruckt
|
Dat liegt er niet om. (=<reactie als je onder de indruk bent> dat is nogal wat) - Das ist nicht von schlechten Eltern.
een muziekprogramma dat er niet om liegt - eine Musiksendung, die nicht von schlechten Eltern ist
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
liegen (ww.) | lügen (ww.) ; schwindeln (ww.) |
liegen | lügen |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `liegen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beuzelenNL: draaienNL: jokkenNL: verzinnenUitdrukkingen en gezegdes
NL: dat lieg je
DE: du lügstNL: hij liegt dat hij zwart ziet
DE: er lügt das Blaue vom Himmel herunterNL: hij liegt of het gedrukt is
DE: er lügt wie gedruckt