Vertalingen hamburger NL>DE
de hamburger
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [ˈhɑmbʏrxər] |
| Verbuigingen: | hamburgers (meerv.) |
rond en plat stuk gebraden en gekruid gehakt -
Hacksteak (das ~), Hamburger (der ~) | een broodje hamburger - ein Hamburger |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de hamburger (m) | der Hamburger |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `hamburger`
Voorbeeldzinnen laden....
