1. MWB
  2. Vertalen
  3. buis (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • buis > EN • buis > ES • buis > FR
Vertalingen buis NL>DE

buis

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [bœys]
Verbuigingen:  buizen (meerv.)

1) holle ronde pijp waar vloeistoffen of gassen doorheen gaan - Rohr (das ~), Röhre (die ~)
waterleidingbuis - Wasserleitungsrohr

2) televisie - Röhre (die ~)
voor de buis zitten - vor der Röhre sitzen

3) te laag cijfer (lager dan zes) voor een examen - ungenügende Note (die ~)
een buis krijgen - bei einer Prüfung durchfallen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de buis (v) der Stutzen ; das Rohr ; die Leitung ; die Düse
de buisder Schlauch ; die Röhre ; die Glotze ; das Fernsehgerät ; der Fernseher ; die Bildröhre
buis Tauchmuffel ; Wams ; Durchführung ; Spitze ; Schlepprinne ; Röhre ; Rohrleitung ; das Rohr ; Rohr ; Rauchabzugsrohr ; das Leitungsrohr ; der Kanal ; Kanal ; Fühler
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `buis`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: beeldbuis
NL: cilinder
NL: jak
NL: televisie
NL: televisieapparaat
NL: televisietoestel

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: buis van Eustachius DE: Eustachische Röhre