Vertalingen bekken NL>DE
het bekken
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈbɛkə(n)] |
| Verbuigingen: | bekkens (meerv.) |
1) deel van het skelet tussen je heupen -
Becken (das ~) | Ze heeft bij een val haar bekken gebroken. |
2) slaginstrument van twee metalen schijven die tegen elkaar slaan muziek -
Becken (das ~) | een drumstel, compleet met twee bekkens |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het bekken | das Becken |
| de bekken | das Bassin ; das Becken ; das Hüftgelenk ; die Mäuler ; die Schlünde ; der Schnäbel |
| bekken | Becken ; Beckensymphyse ; künstliches Rückhaltebecken ; Pelvis ; Revier ; Schambeinsymphyse ; Speicher ; Wanne |
Bronnen: Wiktionary; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `bekken`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bassinNL: heupgewrichtNL: komNL: meervoud van bekNL: muilenNL: tongenNL: waterbekken
