Vertalingen allen NL>DE
allen
pronoun
alle personen -
alle Ze gaan allen naar de disco. - Sie gehen alle zur Disco. |
geen van allen (=niemand) - keiner von
We spreken geen van allen Hongaars. - Keiner von uns spricht Ungarisch.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
allen | alle ; einjeder ; jede ; jeder ; jedes ; jedermann |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `allen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: alNL: alleNL: allemaalNL: elkNL: elkeenNL: iederNL: iedereenNL: iegelijk