Vertalingen week-end FR>NL
[wikɛnd] [mv: week-ends]1 congé de fin de semaine - weekend
'partir en week-end'
het weekend weggaan© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
week-end (m) | het weekeinde ; het weekend |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `week-end`

Voorbeeldzinnen laden....